“In achttien jaar samenwerken met Jack Plooij heb ik me nog nooit een dag verveeld!”

DOOR Annemiek During

Het was in het jaar 2000 toen ze in de stoel bij haar tandarts de vraag kreeg of ze misschien zijn assistente wilde worden. Het leek haar wel leuk, al wist ze totaal niet wat het inhield. Zo’n twee decennia later kan Ingrid Aarden zich geen dag herinneren waarop ze minder zin had als de wekker ging. Ze is al 18 jaar chirurgisch assistent bij een tandarts-implantoloog, en zeker niet de minst bekende: Jack Plooij, bij veel tv-kijkers bekend als verslaggever bij Formule-1-wedstrijden.

Het beeld dat je als mondzorgprofessional elke dag tussen dezelfde vier muren werkt, gaat bij Ingrid totaal niet op. Integendeel, ze rijdt zo’n 2500 km per maand: “Als chirurgisch assistent van Jack werk ik bij DentConnect, bij de afdeling Partners in Implantologie. DentConnect zit door heel Nederland. Wij bedienen elf praktijkvestigingen tussen Vlaardingen en Tiel. Vroeger werkten we ook soms in Maastricht en Geleen, maar daar heeft DentConnect nu een praktijk mét implantoloog overgenomen die deze regio voor z’n rekening neemt. Als Jack afwezig is, assisteer ik bij een andere implantoloog – stap ik bijvoorbeeld om 06.15 uur in de auto, omdat ik om 08.00 uur in Middelburg moet beginnen.”

Uitdagingen
Haar fulltime aanstelling, met daarbij opgeteld nog al die reistijd, vult een stevig deel van Ingrids leven. Maar als moeder van vier kinderen begon het anders. “Toen mijn jongste op de basisschool zat, nam ik de uitnodiging van mijn tandarts aan om zijn assistente te worden. Ik ging werken van 08.45 uur tot 14.45 uur, zodat ik altijd de kinderen naar school kon brengen en van school halen. In de schoolvakanties was de praktijk dicht, omdat de tandarts zelf ook kinderen had. Gelukkig ben ik gezegend met kerngezonde kinderen. Ik heb nooit van de praktijk weg gemoeten om met een ziek kind thuis te zitten.”

Maar na drie jaar had ze dit werk wel een beetje gezien. Ze reageerde op een advertentie voor een chirurgisch assistente, volgde een cursus bij Straumann en ging aan de slag in de functie waarin ze zich iedere dag volkomen happy voelt: “Soms denk ik hoe jammer het is dat ik dit niet eerder heb geweten, dan had ik dit werk al veel langer kunnen doen.”

“Als je het allemaal heel erg leuk vindt, gaat het leren eigenlijk vanzelf”

Aanvullende cursussen
Haar functie valt onder de voormalige categorie ‘Assistente Plus’, te vergelijken met niveau B van het ABC-model. Dat betekent dat ze aanvullende cursussen volgde voor onder meer het maken van röntgenfoto’s: een certificaat dat iedere vijf jaar vernieuwd moet worden. Ook volgde ze bij Edin Dental Academy een cursus voor verdoven. Die kostte haar weinig moeite: “Als je het allemaal heel erg leuk vindt, gaat dat leren eigenlijk vanzelf. Tegen je zin in leren lijkt me een stuk lastiger. Wel ben ik erg visueel ingesteld. Dat betekent dat ik uit boeken veel minder leer dan dat iemand mij in de praktijk laat zien hoe het moet. Dus stages en praktische werkervaring zijn voor mij uiteindelijk de beste leerschool.”

Volgens Ingrid leer je het vak “gewoon” in de praktijk, al moet je in het begin goed nadenken bij alles wat je doet. “We werken chirurgisch, dus je moet alles steriel uitpakken en klaarleggen. Niet voor niets produceren we op één dag twee vuilniszakken met jassen, mutsen, hoezen en disposables. Je verzorgt de foto’s, werkt de patiëntenkaart bij op de computer, begeleidt de behandeling en verzorgt de nazorg als de patiënt vertrekt. Schoonmaken, doorspoelen, en je haalt de volgende patiënt op.”

Lelijke dingen
Of het nu om één enkel implantaat gaat of het aanbrengen van een klikprothese, de meeste patiënten zijn flink zenuwachtig voor de behandeling. Het is Ingrids taak ze gerust te stellen. ‘We gaan kletsen en kijken, we gaan nog niks doen.’ Veel patiënten willen onder narcose, wat volgens Ingrid goed laat zien dat ze de ernst van de behandeling overschatten.Een implantaat is minder heftig dan een zenuwbehandeling of een vijfvlaksvulling. Na onze behandeling zeggen patiënten altijd opgelucht: als ik dát had geweten …” Toch kunnen patiënten die voor een klikprothese komen – de meerderheid, volgens Ingrid – soms best onaangenaam zijn. Ze hebben vaak al een voortraject van zo’n twee jaar achter de rug om aan de voorwaarden van de verzekeraar te voldoen en projecteren hun angst en frustratie op haar. “Ik krijg soms in de wachtkamer echt lelijke dingen naar m’n hoofd geslingerd. Maar daar sla ik me wel doorheen, ik ga niet bits doen. Je werkt in de zorg, patiënten die angstig zijn reageren op hún manier. Maar als ze dan bij de dokter weer poeslief doen, maak ik wel even duidelijk dat meneer net in de wachtkamer nog niet zo blij was. Vriendelijk blijven betekent natuurlijk niet over je heen laten lopen.”

Volledig verwaarloosd
Vrijwel alle patiënten zijn na het behandelingstraject erg tevreden, volgens Ingrid. “De meeste patiënten die een klikprothese krijgen, verzuchten na afloop dat ze het eigenlijk tien jaar eerder hadden moeten doen. Dat betekent niet dat we alleen maar oudere mensen helpen. Ik had pas nog een vrouw van 27 jaar, volledig edentaat. Dan zie ik 1994 als geboortejaar staan, dat vind ik best heftig. En we zien vaker jonge mensen bij wie het gebit, om welke trieste oorzaken dan ook, volledig verwaarloosd is. Bij de meeste mensen met een klikprothese komt daar nog bij dat ze niet gewend zijn aan de verzorging die hun mond ook nú nodig heeft: dagelijks stokeren en poetsen, zeker één keer per jaar naar de tandarts. De nazorg van onze behandelingen ligt bij de praktijken zelf. We dringen er daarom bij preventie-assistenten sterk op aan hun patiënten heel goed voor te lichten over het belang van dagelijkse mondverzorging. Laat je dat weg, dan vallen implantaten op termijn gewoon uit.”

Fysiek zwaar?
Ingrid vindt haar leeftijd niet interessant voor dit verhaal. Maar wordt de intensieve manier waarop ze dit vak uitoefent fysiek niet steeds zwaarder? Ze heeft er geen enkele moeite mee, springt ’s ochtends uit bed als de wekker gaat. En als ze ’s avonds laat haar kussen aanraakt, is ze vertrokken. Gezegend met een gezonde slaap dus. “Maar ik heb wel nagedacht over die fysieke belasting. Ik heb de sportschool geprobeerd, maar dat bleek niet mijn ding. Tennissen: idem dito. Ik hou van shoppen en woon aan het strand: daar haal ik mijn ontspanning uit. En mijn vier kinderen en drie kleinkinderen wonen niet ver. Ik heb geen partner, maar als ik wil, heb ik veel aanloop. Als ik na een lange dag thuiskom, is het lekker dat niemand aan me vraagt wat en hoe laat we eten.”

Behandelen in Irak
Achttien jaar samenwerken met implantoloog Jack Plooij heeft haar nog nooit een dag verveeld. Op de vraag of ze nog van hem leert, antwoordt ze laconiek: “Natuurlijk, maar ongetwijfeld leert hij ook van mij.” Wát hij dan van haar leert, daar moet ze lang over nadenken… “Het gaat heel vloeiend allemaal. Als hij kijkt weet ik al wat hij bedoelt. Het is ook gezellig, we carpoolen soms. Je werkt als vrienden samen, hij ziet mij vaker dan zijn vrouw.” Heel bijzonder was hun gezamenlijke uitzending naar Irak, na de Golfoorlog. Met hulp van de Nederlandse overheid was daar een tandartspraktijk gebouwd; ze gingen er na de eerste oorlog eens in de twee maanden naartoe. “Het was heel bijzonder. De mensen zijn supervriendelijk daar. Als vrouw stel je natuurlijk weinig voor in die cultuur. Maar op het laatst gaven de mannen mij na hun behandeling gewoon een hand.”

Verkiezing
Vanwege haar inzet droeg haar werkgever Ingrid in 2013 voor bij de verkiezing ‘Tandartsassistent van het jaar’. Ze legde het af tegen een assistente van een dove tandarts. Maar daar was ze niet rouwig om. “Dan moet je als ambassadrice van alles in de publiciteit gaan doen. Ik vond alles rond die verkiezing al heel spannend: op camera je werk doen en daarna geïnterviewd worden… ik zat er geloof ik een beetje suf bij.”

Te veel in de belangstelling, dat hoeft van Ingrid niet zo. Misschien moeten we voor De Tandartsassistent Jack Plooij nog eens vragen naar de waarde van zo’n trouwe assistente.

Vorig artikelTandje minder
Volgend artikelDe Mond Niet Vergeten

Start het gesprek

  1. Na 25 jaar in het bankwezen gewerkt te hebben ben ik ook 10 Jr geleden als ta ass begonnen. Echt nog nooit zo’n leuke baan gehad. Geweldig ben nu 61 hoop nog zeker 10 Jr dit beroep te kunnen doen. Geeft mij heel veel.

    • Wat leuk om te horen, Marion! Ook vanuit De Tandartsassistent nog veel werkplezier gewenst de komende jaren 🙂

Laat een antwoord achter aan fintech Annuleer reactie

Plaats uw opmerking!
Vul hier uw naam in

Advertentie
Advertentie

Ontvang onze nieuwsbrief!

Schrijf je in en ontvang als eerste het laatste nieuws in je mailbox

Het laatste nieuws